I had a dream.
JPG - 3212x2362px
De Pier van Verloren Dromen
De man stond op de pier, zijn handen in elkaar gevouwen achter zijn hoofd, zijn blik verloren op de grijze horizon waar de lucht de zee ontmoette. De koude bries streek langs zijn blote schouders en joeg rimpelingen door het water. Het was stil, op het krijsen van een enkele meeuw na die over zijn hoofd vloog. Dit was zijn plekje, de plaats waar hij heen ging wanneer het gewicht van zijn gedachten te groot werd om te dragen. Hier, aan het einde van de wereld, kon hij even vrij ademhalen.
Hij was geen jonge man meer. Het was te zien aan zijn zilveren haar, zijn wat moeizame houding, en de extra kilo's die zijn middel omringden. Een leven lang van werken, zorgen en doorgaan, en het had hem getekend op manieren die hij nooit had voorzien. Maar terwijl hij naar de horizon staarde, dacht hij niet aan het heden. Hij dacht aan een droom die ooit zijn hart had verwarmd, een droom die hij ooit levendig had nagestreefd maar die nu leek te vervagen, als een schaduw die niet meer bij hem hoorde.
De droom was begonnen toen hij jong was, net in de twintig en gevuld met een verlangen dat hij niet eens goed kon beschrijven. Hij wilde de wereld zien. Niet als een toerist of een voorbijganger, maar als iemand die zijn thuis kon maken op verschillende plaatsen. Hij wilde zeilen, met de wind in zijn rug en de vrijheid van de open zee voor zich. Hij zou landen bezoeken waar niemand hem kende, plaatsen ontdekken die nauwelijks op kaarten stonden, en vrienden maken met mensen van wie hij de taal niet eens sprak.
Die eerste zomer had hij zijn spaargeld genomen, een paar vrienden verzameld, en een boot gehuurd. Het was geen zeewaardig schip en zijn vrienden waren geen zeilers, maar dat maakte allemaal niets uit. Ze waren jong, onverschrokken en vrij. Ze dreven van eiland naar eiland langs de kust, de zon brandde op hun huid en de zee was hun vriend. Ze lachten om de stormen, zongen liedjes onder de sterren, en voelden zich onoverwinnelijk. Die zomer, dacht hij, was het dichtste dat hij ooit bij die droom zou komen.
Maar de zomer liep ten einde, en met het najaar kwamen de verantwoordelijkheden. Hij moest terug naar huis, werk zoeken, zijn ouders helpen met hun kleine winkel. De druk om volwassen te worden, om zich te settelen, kwam langzaam maar zeker. De dromen van verre horizonnen en onbekende kusten moesten plaatsmaken voor plannen die beter pasten in het dagelijkse leven. Het reizen werd uitgesteld tot "later," wanneer hij er klaar voor was, wanneer hij genoeg geld had gespaard. Altijd was er een reden om het uit te stellen, altijd was er een belofte aan zichzelf dat hij zijn droom op een dag zou vervullen.
Hij trouwde. Hij kreeg kinderen. Zijn dagen vulden zich met werk, rekeningen, ouderavonden, en het bouwen van een stabiel thuis. En dat was goed. Hij hield van zijn gezin, van zijn werk, van de veiligheid en warmte van een huis dat hij had opgebouwd. Maar ergens diep vanbinnen leefde nog steeds dat onvervulde verlangen, als een stille klop op de deur van zijn ziel. Een herinnering aan een leven dat hij nooit echt had geleefd.
Hij probeerde het af en toe te vergeten, maar het vond hem altijd terug. Soms was het een boek over een zeereis dat hij per ongeluk oppikte in de boekwinkel. Soms was het de geur van zout water wanneer hij naar het strand ging met zijn gezin. En nu, nu hij hier op de pier stond, voelde hij de aanwezigheid van die oude droom als een onzichtbare metgezel naast hem. Hij kon de jonge versie van zichzelf bijna zien, glimlachend en onvermoeibaar, met die sprankel van avontuur in zijn ogen.
Waarom was het er nooit van gekomen? Wat had hem ervan weerhouden om gewoon weg te gaan en zijn hart te volgen? Hij had genoeg redenen gehad, of in elk geval, genoeg excuses. Een huis afbetalen, kinderen opvoeden, verantwoordelijkheid dragen. En nu, nu hij ouder was, voelde het bijna onredelijk om zelfs nog maar te overwegen dat die droom ooit werkelijkheid zou worden.
Toch kon hij de gedachte niet loslaten. Hij stelde zich voor hoe het zou zijn om alsnog een kleine zeilboot te kopen, iets eenvoudigs dat hem van de ene kust naar de andere zou kunnen brengen. Misschien zou hij niet meer naar verre continenten kunnen varen, maar hij kon in elk geval de kust verkennen, slapen onder de sterren en zich een beetje verliezen in de open zee. Zijn vrouw lachte wanneer hij over deze ideeën sprak. “Ach, je bent ook net een kleine jongen,” zei ze dan. Maar ze moedigde hem nooit af. Misschien zag ze wel dat hij het nodig had om die dromen levend te houden, als herinnering aan wie hij ooit was geweest.
De man ademde diep in, vulde zijn longen met de zilte lucht, en voelde een golf van verdriet en berusting door zich heen gaan. Hij had zichzelf altijd beloofd dat hij niet spijt zou hebben van de keuzes die hij had gemaakt, omdat die hem hadden gebracht tot waar hij nu was. Maar hier, in de eenzaamheid van de pier, vroeg hij zich af wat zijn leven had kunnen zijn als hij de moed had gehad om zijn droom te volgen.
De zon begon langzaam onder te gaan, en de hemel kleurde zacht oranje. In de verte hoorde hij het gekrijs van een paar meeuwen en het geluid van de golven die tegen de betonnen blokken van de pier sloegen. Hij wist dat hij zich niet voor altijd kon verliezen in zijn herinneringen en dromen, maar voor nu, even, wilde hij erin verdwijnen.
Hij sloot zijn ogen en zag zichzelf weer, jong en onbezonnen, op dat kleine zeilschip dat langs de kust gleed. Hij voelde de wind in zijn haren, de zon op zijn gezicht, en hij glimlachte. Misschien zou hij die droom nooit helemaal kunnen vervullen, maar hij had de herinnering eraan. En misschien, dacht hij, hoefde dat niet meer te zijn dan een droom.
The Pier of Lost Dreams
The man stood on the pier, his hands clasped behind his head, his gaze lost on the gray horizon where the sky met the sea. The cold breeze brushed against his bare shoulders, sending ripples across the water. It was quiet, save for the cry of a lone seagull that flew overhead. This was his place, the spot he came to when the weight of his thoughts became too much to bear. Here, at the edge of the world, he could breathe freely for a moment.
He was no longer a young man. The silver in his hair, the weariness in his posture, and the extra weight around his middle all spoke of a life spent working, worrying, and carrying on. But as he stared at the horizon, he wasn't thinking about the present. His mind drifted back to a dream he’d once held close, a dream he had chased but never truly reached—a shadow of a life that no longer seemed to belong to him.
The dream had begun when he was young, in his early twenties, filled with a yearning he couldn’t even fully explain. He wanted to see the world. Not as a tourist or a passerby, but as someone who could make his home in different places. He wanted to sail, with the wind at his back and the freedom of the open sea before him. He would visit lands where no one knew him, discover places barely marked on maps, and make friends with people whose languages he didn’t even speak.
That first summer, he had pooled his savings, gathered a few friends, and rented a boat. It wasn’t a seaworthy vessel, and his friends weren’t sailors, but that didn’t matter. They were young, fearless, and free. They drifted from island to island along the coast, the sun warming their skin, and the sea their friend. They laughed in the face of storms, sang songs under the stars, and felt invincible. That summer, he thought, was the closest he ever came to living that dream.
But the summer ended, and with the fall came responsibilities. He had to return home, find a job, help his parents with their small shop. The pressure to grow up, to settle down, crept in slowly but steadily. The dreams of distant horizons and unknown shores had to make way for plans that fit better with daily life. Traveling could wait until "later," until he was ready, until he’d saved enough money. There was always a reason to put it off, always a promise to himself that he’d make it happen someday.
He got married. He had children. His days filled up with work, bills, parent-teacher meetings, and building a stable home. And that was good. He loved his family, his job, the safety and warmth of a home he had built. But somewhere deep inside, that unfulfilled longing still lived, like a quiet knock on the door of his soul. A reminder of a life he had never truly lived.
Every now and then, he tried to forget it, but it always found its way back to him. Sometimes it was a book about a sea journey he picked up in the bookstore. Sometimes it was the smell of salt water when he took his family to the beach. And now, standing here on the pier, he felt the presence of that old dream like an invisible companion beside him. He could almost see his younger self, smiling and tireless, with that glint of adventure in his eyes.
Why had it never come to pass? What had held him back from just leaving and following his heart? He’d had plenty of reasons—or at least, plenty of excuses. A mortgage, raising children, responsibilities to uphold. And now, as an older man, it felt almost unreasonable to even consider that the dream might still be alive.
Yet, he couldn’t shake the thought. He imagined what it would be like to finally buy a small sailboat, something simple that could take him from one coastline to the next. Maybe he wouldn’t sail to far-off continents, but he could at least explore the coast, sleep under the stars, and lose himself a little in the open sea. His wife would laugh when he talked about these ideas. “Oh, you’re just like a little boy,” she’d say. But she never discouraged him. Perhaps she saw that he needed to keep those dreams alive, as a reminder of who he used to be.
The man took a deep breath, filling his lungs with the salty air, and felt a wave of sorrow and acceptance wash over him. He had always promised himself that he wouldn’t regret the choices he had made, because they had brought him to where he was now. But here, in the solitude of the pier, he wondered what his life might have been like if he’d had the courage to follow his dream.
The sun was beginning to set, painting the sky a soft orange. In the distance, he heard the cry of a few seagulls and the sound of waves crashing against the concrete blocks of the pier. He knew he couldn’t lose himself in memories and dreams forever, but for now, just for a moment, he wanted to disappear into them.
He closed his eyes and saw himself again, young and fearless, on that small sailboat gliding along the coast. He felt the wind in his hair, the sun on his face, and he smiled. Perhaps he would never fulfill that dream completely, but he still had the memory of it. And maybe, he thought, that didn’t need to be anything more than a dream.
Ai CLONE OF THIS PHOTO